Inleiding

het toeristische drielandenpunt, grenspaal 1,
januari 2002 Het toeristisch drielandenpunt (foto) met de drie palen op de Vaalserberg bij Vaals. Deze plaats heeft ieder jaar weer een aantrekkingskracht op duizenden bezoekers. Wat maakt deze plek onderdeel van schoolreisjes en bestemming voor dagjesmensen?
Niet de historische grenspalen waar het gebied rijk aan is, in ieder geval. Eerder de combinatie van het drielandenpunt, het hoogste punt van Nederland, een speeltuintje, horeca met patat en ijs, een labyrint en de aanwezigheid van de Boudewijntorendie een schitterend uitzicht over Nederland, België en Duitsland biedt. En tenslotte het feit dat je in de omgeving zo mooi en rustig kunt wandelen.
In ieder geval komen maar weinig mensen speciaal voor de vele grenspalen die de omgeving rijk is. De gemiddelde toerist laat zich fotograferen op het drielandenpunt voorzien van vlaggen en wat informatie en bezoekt vaak ook nog het toeristische drielandenpunt, (BE-NL grenspaal 1 met twee imposante stenen ernaast) dat ook wordt aangeduid als hoogste punt van Nederland.

Tijdens mijn wandeltochten ben ik nooit iemand tegengekomen die een belangstelling voor grenzen en grenspalen koesterde. Fotografeeractiviteiten op en rond de Vaalserberg trokken over het algemeen verbaasde en wantrouwige blikken van de voorbijgangers, zeker in de tijd dat fotografie verbonden was aan fotorolletjes. Kennelijk was ik een van de weinigen die de aantrekkingskracht van het drielandenpunt voelde: Het begin en het einde van landen, het begin en het einde van grenzen !
De omgeving rond het drielandenpunt: een gebied met door de eeuwen heen vaak veranderde grenslijnen. En met veel grenspalen, die die grenslijnen moesten bestendigen. En die nu nog als stille getuigen van vroeger te bewonderen zijn. Of die, ondanks Europese eenwording, nog steeds hun betekenis vinden in de markering van de huidige grenzen.

Hier rond het drielandenpunt groeide mijn hobby. Een eerste verkenning van de Nederlands-Belgische grens rond Breda in 2000 leidde al snel naar dit gebied rond Vaals. Hier ontdekte ik de prachtige grens tussen België en Duitsland, de wonderlijke geschiedenis van Moresnet en de fraaie Adelaarpalen rondom de voormalige Vrije Rijksstad Aken. Vanuit hier kwam ik ook in contact met andere grenpalenzoekers. Vaak ondernamen we gezamenlijke tochten waarbij het sport was de moeilijk vindbare grensstenen op te sporen.
Nu, ruim 20 jaar later, richt ik me hoofdzakelijk op de moeilijk bereikbare grenzen tussen Oost en West Europa. Daar zit uitdaging in omdat toegang tot deze grensgebieden zeker niet vanzelfsprekend is en ik daar vaak veel moeite voor moet doen. Bovendien sluit het aan bij mijn wens om 'de eerste' te zijn die stelselmatig het liefst alle grenspalen van een bepaalde grens fotografeert.

Toch kom ik nog regelmatig in het gebied waar mijn hobby begon. De grenspalen vormen een vertrouwde en constante factor in een voorturend veranderende omgeving.